Migratie is van alle tijden, hoe gaan we ermee om?
Sluiten van de grenzen is een illusie. Migratie is van alle tijden en kan niet worden gestopt. Op zijn best kan het worden beheerst. De EU ziet ongeregelde migratiestromen als een van de grootste uitdagingen in haar bestaan. De vraag is hoe rationeel de angst voor irreguliere migratie eigenlijk is. Het aantal migranten dat dit jaar Europa probeert te bereiken is gehalveerd ten opzichte van 2017. Het debat wordt vooral op basis van emotie gevoerd, met de grote toestroom uit 2015 nog vers in het geheugen. Deze crisis leidde overal in de EU tot paniek in de politieke gelederen. Tot op de dag van vandaag zien we daar de gevolgen van. Sindsdien is in rap tempo het beleid aangepast. Grenzen gingen dicht en hoge hekken werden opgetrokken.
Er werden maatregelen genomen die tot voor kort niet voor mogelijk werden gehouden. De zogenaamde “Turkijedeal” is daarvan het meest verstrekkende voorbeeld. Afgesproken werd dat migranten voortaan daar werden gehouden in ruil voor miljardensteun aan Turkije. Vluchtelingen die gestrand waren in Griekenland moesten worden teruggestuurd en zouden, als ze groen licht kregen, worden verdeeld over welwillende landen. Sindsdien wordt alles op alles gezet om mensen “in de regio” te houden en wordt gezocht naar manieren om de “Turkijedeal” te kopiëren, door eenzelfde soort deals met Noord-Afrikaanse landen te sluiten.
Ook in 2018 is de toestroom van migranten over de Middellandse Zee nog steeds niet onder controle en vele duizenden mensen vinden, gedreven door hun ambities en geholpen door mensensmokkelaars, jaarlijks de dood in gammele bootjes. Bovendien komen steeds meer verhalen naar buiten over de schrijnende situatie in met name Libië, waar migranten tot slaaf worden gemaakt, uitgebuit, vernederd, verkracht en onder onmenselijke omstandigheden opgesloten. De “Turkijedeal” heeft er ook niet toe geleid dat in Griekenland de situatie onder controle is. De Griekse procedures zijn extreem traag en de kampen, zoals op het eiland Lesbos, blijven overvol en zijn qua voorzieningen ver onder de maat. Hulp van de EU heeft nauwelijks tot verbetering geleid. Ondertussen is in Italië een regering aangetreden die weigert om nog mensen op te nemen. Met name hulporganisaties die met schepen aanwezig zijn om mensen te redden, moeten het ontgelden. Andere landen zijn maar zeer mondjesmaat bereid om Italië te hulp te komen of weigeren botweg om vluchtelingen op te nemen “omdat het moslims zijn”. Dit heeft geleid tot verdeeldheid en scheidslijnen tussen EU lidstaten en bijgedragen aan een impasse tussen EU instituties. De EU is daarmee niet meer de drijvende kracht voor vooruitgang met betrekking tot mensenrechten die het lang is geweest.
Migratie is ook de aanleiding voor de slepende politieke crisis in Duitsland en het is een van de belangrijkste thema’s bij diverse verkiezingen in de EU, zoals recent in Zweden. Anti-migratiepartijen zien overal hun aanhang groeien. De volkspartijen, zoals de sociaaldemocratische, zien hun traditionele aanhang krimpen en komen daardoor in de verleiding om hun standpunten ten aanzien van migratie aan te scherpen. De plannen van de Deense sociaaldemocratische partij gaan daarbij het verst. Zij stellen voor om geen enkele vluchteling meer binnen te laten, maar iedereen naar kampen buiten de EU te sturen alwaar ze hun procedure af moeten wachten. Ook binnen de PvdA is discussie over dit thema.
Waar staat de FMS in deze crisis?
Wij hebben een aantal uitgangspunten opgesteld waar een eerlijk migratiebeleid aan moet voldoen. Economische migratie en asielmigratie moet hierbij uit elkaar gehouden worden. Het betreft twee categorieën waarvoor zeer verschillende regels gelden.
1) Asielzoekers hebben recht op een eerlijke procedure
De FMS is onverminderd voor de huidige praktijk rond asielaanvragen. Mensen die ons bereiken en hier asiel aanvragen, hebben recht op opvang, een eerlijke procedure en mogen de uitkomst daarvan hier in vrijheid en veiligheid afwachten. Mensen transporteren naar een kamp buiten de EU, of opsluiten in een kamp binnen de EU wijzen wij af. Europa was de geestelijke vader van het VN Vluchtelingenverdrag dat uitgangspunt moet blijven van behandeling van asielaanvragen. Het recht op asiel is vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens in 1948. Zo bepaalt Artikel 14 van dat verdrag: “Een ieder heeft het recht om in andere landen asiel te zoeken en te genieten tegen vervolging”. Daarom is de FMS van mening dat het recht op asiel even fundamenteel is als het recht op leven, vrijheid en vrije meningsuiting.
Dat is ook ons uitgangspunt als we kijken naar de plannen om in meerdere landen in Noord-Afrika kampen op te richten waar vluchtelingen zich kunnen melden als ze naar de EU willen. De verwachting is dat vluchtelingen dan niet meer de gevaarlijke oversteek in bootjes zullen maken. Zij hebben dan een veilig alternatief is de theorie. Er is echter wel een groot risico op uitdijende vluchtelingenkampen waar mensen tot in de lengte der jaren vergeefs op een uitslag van hun procedure zitten te wachten. Het is verder duidelijk dat economische migranten in deze kampen niets te zoeken hebben, want die maken sowieso geen kans om naar de EU te mogen komen. De kans is groot dat die op allerlei levensgevaarlijke manieren zullen blijven proberen de EU te bereiken voor een bestaan in illegaliteit.
Als toch wordt besloten om vluchtelingenkampen in te richten in de buurlanden van de EU, dan vinden wij dat ze aan een aantal voorwaarden moeten voldoen:
- Mensenrechten moeten gerespecteerd worden;
- Een snelle en eerlijke procedure met mogelijkheid van beroep moet gegarandeerd worden;
- Als de situatie in het land van herkomst plotseling ten negatieve verandert, moeten afwijzingen kunnen worden teruggedraaid;
- Mensen moeten voldoende faciliteiten krijgen; adequate sanitaire voorzieningen, schoon drinkwater, voedsel, onderwijs voor de kinderen, gezondheidszorg en hulp krijgen bij traumaverwerking;
- Minderheden moeten beschermd worden, met daarbij speciale aandacht voor de kwetsbare positie van onder meer kinderen, etnische en religieuze minderheden, vrouwen en LHBTI’ers;
- De kampen moeten beschermd worden tegen mensensmokkelaars en andere maffiose organisaties;
- Mensen mogen niet worden opgesloten.
2) Geen opvang van asielzoekers en migranten in kampen beheerd door landen met een slechte reputatie op het gebied van mensenrechten
Een vestigingsplaats in landen die een slechte reputatie hebben op het gebied van mensenrechten moet worden voorkomen. De landen die voor de EU in aanmerking komen, zijn Egypte, Libië, Tunesië, Algerije en Marokko. Helaas hebben deze landen geen goede reputatie op het gebied van sociale veiligheid, mensenrechten, goed bestuur en onafhankelijke rechtsstaat. De situatie in Libië is chaotisch en alarmerend. De mensenrechten in Egypte en Algerije worden op grote schaal geschonden en ook Marokko heeft geen goede reputatie, zoals de aanpak van de protesten in het Rif gebied aantoont. Tunesië doet het beter dan de voorgenoemde landen, maar heeft ook grote problemen en is verre van stabiel. Als er uiteindelijk toch wordt besloten om in deze landen kampen te vestigen, dan zal het beheer in handen moeten zijn van de VN of EU. Internationaal gerespecteerde ngo’s moeten hier dan toegang toe krijgen en toezicht op houden.
3) Introduceer meer vormen van legale en gereguleerde migratie
Economische migranten kunnen nu maar beperkt de EU binnenkomen. Ze kunnen gebruik maken van de ‘bluecard’ of specifiek voor Nederland via de regeling voor Kennismigranten. Je komt alleen legaal binnen als je iets te bieden hebt waar we in de EU een tekort aan hebben. Heb je dat niet, dan rest de illegaliteit, gevangenschap of uitzetting. Hulporganisaties spreken van een systeem van willekeur en uitbuiting, of zelfs slavernij, waarin de migranten terechtkomen.
Het is duidelijk dat er in de EU grote behoefte bestaat aan seizoenarbeiders, bijvoorbeeld in de landbouw. Dit moeten we faciliteren, bijvoorbeeld door mensen tijdelijk hier te laten werken, tegen een cao salaris en goede arbeidsomstandigheden. Als het contract is uitgediend, vertrekken ze weer en krijgen ze de betaalde sociale premies uitbetaald, zodra ze weer in het land van herkomst zijn. Deze zogenaamde circulaire migratie kan een antwoord zijn op illegale arbeidsmigratie die leidt tot uitbuiting, een bijdrage leveren aan de economische groei in herkomstlanden en bovendien de tekorten in belangrijke economische sectoren oplossen.
4) Stop met het simplificeren van Afrika
De verscheidenheid van het Afrikaanse continent is gigantisch. We hebben als EU een complexe relatie tot 54 zeer verschillende Afrikaanse landen. Afrika is geen land, dus we moeten stoppen met generaliseren. De EU zal de “mindset” in de relatie met Afrika moeten veranderen van een hulprelatie, gedreven door financiële middelen , naar een relatie met realistische kenmerken van een partnerschap. Het heeft dan ook geen enkele zin om te komen met plannen die “de problemen in Afrika” wel even oplossen. Sterker nog, de pretentie dat wij in staat zijn om de problemen van de landen in Afrika vanaf een Europese tekentafel op te lossen zijn simplistisch en zelfs beledigend. Een “Marshallplan” voor Afrika is dan ook niet wat Afrika nodig heeft, maar in plaats daarvan moet ‘ownership’ liggen bij Afrikaanse landen en inwoners zelf. Dit betekent een relatie waarin staten als gelijkwaardige gesprekspartners worden gezien en inwoners niet als opportunistische gelukszoekers, maar als mensen met arbeidskracht, potentieel, expertise en ideeën voor innovatie en verandering in hun eigen economie en samenleving. Te lang hebben wij vanuit een paternalistische houding onze relatie met het Afrikaanse continent vormgegeven. Dat steekt in veel Afrikaanse landen. Met het kolonialisme nog vers in het geheugen heeft dat tot verstoorde verhoudingen geleid. Het verklaart de aantrekkingskracht van nieuwe spelers, zoals China, die in Afrikaanse landen investeren voor het economische gewin en verder geen morele voorwaarden stellen.
5) Maak werk van een eerlijke relatie ten aanzien van de landen in Afrika
We moeten de hand in eigen boezem steken. Nog te vaak geven we met de ene en nemen we met de andere hand. Op het gebied van handel, belastingen en het bevoordelen van het eigen bedrijfsleven is er sprake van grote ongelijkheid. Multinationals houden veel te weinig rekening met lokale belangen, zo staan we toe dat kapitaal het Afrikaanse continent verlaat. Ook lopen Afrikaanse landen per jaar honderden miljarden aan belastinginkomsten mis, die worden weggesluisd via onder andere Nederlandse brievenbusvennootschappen. Netto gaat er jaarlijks meer geld van Afrika naar Europa dan andersom. Juist het aanpakken van dit soort praktijken zal helpen om Afrikaanse landen uit de ellende te halen. Het zal lokale economieën niet langer ondermijnen en zorgen dat landen meer middelen hebben om in eigen land te investeren.
Migratie is van alle tijden, het zal blijven bestaan en vereist een veelzijdige aanpak. Daar moeten we samen aan werken. Daarbij is het belangrijk dat het debat op een rationele manier wordt gevoerd. Het debat op basis van feiten, rechten en plichten te voeren en minder mee te gaan met de negatieve frames die bijdragen aan angst voor vluchtelingen en migranten. Met behulp van deze vijf uitgangspunten kunnen we werken naar een eerlijk migratiebeleid, zowel voor asielmigratie als economische migratie, voor nu en in de toekomst.