Zoek op
Sluit dit zoekvak.

Nederland en Canada beginnen zaak tegen Syrië bij het ICJ, gevolgen voor Syrië op het wereldtoneel?

Foto: Internationaal Gerechtshof in Den Haag – UN Photo/Andrea Brizzi 

Bij het Internationaal Gerechtshof (ICJ) in Den Haag is dinsdag 10 oktober de rechtszaak van Nederland en Canada begonnen tegen het Syrische regime, Syrië liet hierbij verstek gaan. Doel van het proces is om het hof uit te laten spreken dat Syrië het internationale convenant tegen marteling schendt. Syrische gevangen ondergingen en ondergaan weerzinwekkende martelingen en dit moet zo snel mogelijk stoppen. Met name in de Saydnaya gevangenis zijn sinds het uitbreken van de oorlog in 2011 vele slachtoffers bruut gemarteld en vermoord, volgens schattingen van Amnesty International zijn dit er tussen 2011 en 2015 minstens 13.000 geweest. Het Syrische regime onder leiding van Assad is ondanks de burgeroorlog en druk vanuit het buitenland niet afgetreden en kan deze praktijken dus voortzetten. In het licht van de Syrische terugkomst op het internationale wereldtoneel is het zeer belangrijk dat Nederland en Canada deze zaak aanhangig hebben gemaakt.

Martelingen

Tijdens de hoorzitting vroegen Nederland en Canada het hof om enkele maatregelen te treffen die per direct van kracht moeten worden, in afwachting van een uiteindelijke uitspraak. Deze maatregelen houden onder andere in dat Syrië meteen effectieve actie moet ondernemen om marteling en andere vormen van mensonterende behandeling te voorkomen. Daarnaast moet Syrië alle gevangen die onschuldig vastzitten vrijlaten en medisch personeel en toezichthouders toelaten tot de gevangenis. Tevens moeten de leefomstandigheden in de gevangenissen sterk verbeterd worden waardoor mensen op een humane manier worden vastgehouden. Ook mag Syrië geen bewijs omtrent marteling vernietigen en moet het openheid geven over de plekken waar slachtoffers zijn begraven.

De gebeurtenissen in de gevangenissen zijn niet anders dan gruwelijk te noemen. Getuigenissen van voormalige gevangen die naar Europa zijn gevlucht ondersteunen dit. Zij spreken van massale executies en vertelden over verschillende martelmethodes. Zo worden mensen in een autoband ‘opgevouwen’, waarbij hun hoofd tegen hun knieën wordt gedrukt, vervolgens worden ze door een bewaker afgeranseld. Daarnaast krijgen mensen schokken toegediend door in onder spanning staand water te staan en worden mensen verbrand met kokend water. Deze gruwelijkheden worden toegepast om ‘getuigenissen’ los te krijgen bij mensen. Het Syrische regime ontkent deze praktijken en zegt niet te weten waar de inmiddels ruim 75.000 verdwenen gevangenen zijn gebleven.

Terugkeer van Syrië in de internationale politiek

Ondanks deze huiveringwekkende praktijken heeft Syrië het afgelopen jaar weer meer toegang gekregen in de internationale politiek. In mei werd Assad met alle egards onthaalt op het vliegveld van Jeddah, Saudi-Arabië, om voor het eerst in 11 jaar weer deel te nemen aan een vergadering van de Arabische Liga, waarvan Syrië tot dan toe was geschorst als lid. Opvallend hieraan is dat Saudi-Arabië aan het begin van de Syrische burgeroorlog juist een belangrijke sponsor was van milities die streden tegen het Assad-regime. Assad zei tijdens de bijeenkomst dat het belangrijk is dat landen zich alleen met hun eigen interne zaken bemoeien. Dit toont het belang aan van het Nederlands-Canadese proces, want blijkbaar willen landen in de regio zich niet met interne aangelegenheden bemoeien en ondanks dat er sprake is van marteling de diplomatieke banden herstellen. Het proces bij het ICJ kan er hopelijk aan bijdragen dat het Syrische regime weer meer behandeld wordt als een internationale paria.

Saudi’s buitenlandbeleid

De verandering in het Saudische buitenlandbeleid heeft verschillende oorzaken en is belangrijk voor de verhoudingen in de gehele regio. Allereerst moet de toenadering tot Syrië gezien worden als een handreiking van Saudi-Arabië aan Iran, een belangrijke bondgenoot van het Syrische regime. Iran en Saudi-Arabië hebben de afgelopen maanden hun diplomatieke relaties herstelt onder leiding van China. Mohammed bin Salman, de kroonprins van Saudi-Arabië, lijkt hiermee regionale stabiliteit en economische samenwerking boven conflict en rivaliteit te willen stellen. Daarnaast speelt ook de drug captagon een rol, waarover we eerder schreven in dit artikel. Deze zeer verslavende drug wordt op grote schaal geproduceerd in Syrië en de productie ervan is vermoedelijk in handen van mensen gelieerd aan het regime. De drug veroorzaakt grote problemen in onder andere Saudi-Arabië en andere landen in de Golf, maar ook in bijvoorbeeld Jordanië. Honderden miljoenen pillen zijn de afgelopen jaren al onderschept door de Saudische autoriteiten en Assad zou de drug willen gebruiken als middel om zijn banden met landen in regio te herstellen en economische sancties te verlichten.

Steun voor onderdrukte Syriërs

De burgeroorlog heeft er niet voor gezorgd dat Syriërs meer vrijheid hebben, het heeft vooral voor heel veel bloedvergieten en ontheemding gezorgd. Toch zijn er de afgelopen weken weer grote groepen Syriërs de straat op gegaan in Syrië. Zij leven in armoede en lijden zwaar onder de slechte economische situatie in Syrië. De protesten begonnen twee maanden geleden als protest tegen de slechte economische omstandigheden, maar zijn de afgelopen weken omgeslagen in anti-regime protesten, waarbij Assad werd opgeroepen om af te treden. Een dappere daad van mensen die al zo lang in zware omstandigheden leven en hebben gezien wat de consequenties van protesteren kunnen zijn. Het is daarom goed dat Nederland en Canada deze zaak hebben aangespannen omdat het wellicht een steun kan zijn voor de Syriërs. Assad zal zijn gevangenen waarschijnlijk niet humaner behandelen door dit proces, maar hopelijk is het een eyeopener voor landen in de regio dat het martelen van mensen niet ongestraft plaats zou moeten kunnen vinden.