Half mei organiseerde onze partner FEPS (Foundation for European Progressive Studies) een meeting van de FEPS Global Migration Group in Rome. Deze groep, onder leiding van voormalig premier van Italië Giuliano Amato, probeert gezamenlijk met politieke aanbevelingen te komen om meer veilige en legale mogelijkheden voor migratie te creëren: “Doors rather than walls”.
Want dit is hard nodig. Afgelopen maanden ben ik in Ghana en Tunesië geweest om daar met stakeholders te praten over migratie: wat zijn de motieven van (vooral) jongeren om (eventueel) weg te trekken? Kan het voorkomen worden dat ze op irreguliere manier vertrekken? En, misschien wel de belangrijkste vraag; hoe kunnen we veilige en legale mogelijkheden voor migratie vormgeven?
Een paar belangrijke punten die ik tegenkwam, de afgelopen maanden, is dat de motieven heel gevarieerd – en ook persoonlijk – zijn. Algemene tendens is wel het gebrek aan toekomstperspectief. Belangrijk om hier te benadrukken is dat, vooral in de zuidelijke landen van het Afrikaanse continent, de overgrote meerderheid die migreert in de regio blijft en dus niet naar Europa trekt. Degenen die wel richting Europa gaan, hebben weinig kansen om dit op reguliere manier te doen, waardoor ze vaak geen andere optie hebben dan een gevaarlijke route te kiezen.
Legale mogelijkheden voor migratie
Legale mogelijkheden zijn dus nodig. Dit wordt ook in Europees verband erkent. In vrijwel alle beleidsstukken staat dat er meer mogelijkheden voor legale migratie moeten komen. In de praktijk blijkt het echter lastig en komt er veel bij kijken. De discussie rondom legale mogelijkheden wordt vaak gekoppeld aan de discussie rondom het terugnemen van irreguliere migranten. Afrikaanse landen wordt dan beloofd dat het makkelijker wordt om een visum aan te vragen, als zij hun eigen burgers, en onderdanen van derde landen die via hun land naar Europa gereisd zijn, terugnemen.
Tijdens de meeting in Rome wees een van de deelnemers erop dat dit soort onderhandelingen, en ook ander migratiebeleid, niet altijd kijkt naar al bestaande regionale regelingen en verdragen tussen verschillende Afrikaanse landen. Zo komt het voor dat een Europees land een bilateraal verdrag met een Afrikaans land maakt waar bepalingen inzitten die ingaan tegen regionale afspraken. Hier moet meer aandacht voor zijn. Maar ook moeten afspraken geen negatieve consequenties op het land hebben – dit is nu vaak nog het geval – wat weer kan leiden tot meer frustraties en meer motivatie om toch te vertrekken.
Wat zijn de opties?
In Rome hebben we met de groep een aantal ideeën besproken. Bijvoorbeeld, meer gebruik maken van de mogelijkheid voor humanitaire visa, die niet per se op Europese bodem aangevraagd hoeft te worden. Of het idee van een speciaal visum om werk mee te kunnen zoeken. Hierdoor hoeven migranten minder geld te investeren om in Europa te komen om een baan te zoeken, waardoor de kans groter is dat ze terugkeren indien het niet lukt om iets te vinden. Immers, de gedane investering is veel kleiner en het verlies dus ook minder groot.
Misschien wel het allerbelangrijkste is dat Europa en Afrika als volwaardige partners met elkaar praten. Alle relevante stakeholders moeten kans krijgen om hun stem te laten horen tijdens het proces. Met ons FMS onderzoek Migration: African perspectives, dat dit najaar gepubliceerd wordt, hopen we hier een bijdrage aan te kunnen leveren. Heb jij zelf goede ideeën of input? Neem dan contact met ons op (info[at]foundationmaxvanderstoel.nl).
Door: Anne van der Meer, beleidsmedewerker FMS