Het was niet te missen afgelopen week: in Brussel kwamen de regeringsleiders van de 27 EU-lidstaten samen voor een speciale top van de Europese Raad. Mede op verzoek van Nederland stond migratie, en dan vooral asielmigratie, hoog op de agenda. En een van de belangrijkste vragen: moeten hekken en muren langs de buitengrenzen van de EU uit de EU-begroting gefinancierd worden?
De cijfers: waar hebben we het over?
Voordat we ingaan op het eventueel bouwen van muren, waar hebben we het eigenlijk over? Dat het in Nederland niet goed gaat met de opvang van asielzoekers is wel duidelijk. Er wordt daarom gepraat over een ‘migratiecrisis’ of ‘asielcrisis’. Klopt dit wel?
Het aandeel van vluchteingen in de Europese bevolking is al jaren vrij stabiel. Jaarlijks komt een groep ter grootte van tussen de 0,1 en 0,2% van de gehele Europese bevolking naar ons continent. Politici gebruiken daarnaast regelmatig woorden door elkaar waardoor ‘de migrant’ gelijkgesteld wordt aan ‘de asielzoeker’.
Als je naar de cijfers kijkt is het echt een ander verhaal. Maar ongeveer 10% van de migranten in Nederland zijn asielzoekers, mensen die asiel aanvragen in Nederland. Een relatief klein deel dus. De rest van de migranten? Bijna de helft (44%) zijn migranten van binnen de EU – de grootste groepen komen uit Polen en Duitsland, ongeveer een kwart (22%) zijn mensen met de Nederlandse nationaliteit die terugkeren naar Nederland en 10% is gezinsmigratie van buiten de EU. Bij deze laatste groep moet de in Nederland wonende aanvrager voldoen aan de inkomenseis. De meeste gezinsmigratie komt uit India, Turkije en de VS. Naast deze categorieën migranten heb je ook nog studenten van buiten de EU (7%) en arbeidsmigranten van buiten de EU (6%).
“Spreken van een ‘asielcrisis’ of ‘migratiecrisis’ is onterecht. Het is een opvangcrisis, onder ander gecreëerd door de politiek.”
Om dus te spreken over een ‘asielcrisis’ of ‘migratiecrisis’ als er vooral gesproken wordt over de slechte omstandigheden waarin asielzoekers worden opgevangen, is dus onterecht. Het is een opvangcrisis, onder ander gecreëerd door de politiek. Zodra het aantal asielzoekers afneemt, bezuinigt Nederland op het COA en de IND, en er wordt onvoldoende opnieuw in geïnvesteerd zodra de aantallen weer wat toenemen.
Het effect van muren
Toch komen er veel verschillende ‘oplossingen’ voorbij, waaronder dus het bouwen van muren – of hekken – langs de Europese buitengrenzen om migranten tegen te houden. Het idee is dat de muren een afschrikeffect zouden hebben: vooral irreguliere migranten, die weinig kans hebben op een verblijfsstatus, zouden afgeschrikt worden en de gevaarlijke reis niet meer maken. Volgens premier Rutte zitten er altijd nog ‘poortjes’ in een hek of muur, waardoor vluchtelingen wel altijd nog asiel kunnen blijven vragen.
De vraag is echter of muren werken om irreguliere migratie terug te dringen, het verdienmodel van mensensmokkelaars te verminderen en om levens te redden. Veel migranten uit bijvoorbeeld Afrikaanse landen migreren op irreguliere manier omdat er geen legale mogelijkheden zijn. Tegelijkertijd is er onvoldoende toekomst in eigen land. Hoogopgeleide jongeren komen in bijvoorbeeld Tunesië en Ghana van de universiteit met geen kans op werk. “People prefer to go, because they have nothing to lose. In fact, they do not have anything to gain when they stay here,” aldus Banasco uit Ghana die we interviewden voor ons onderzoek rondom migratie.
“Verdere barrières gaan juist mensenlevens kosten.”
Het is dan ook zeer aannemelijk dat verdere barrières juist mensenlevens gaan kosten, omdat de routes die Afrikanen kunnen nemen steeds gevaarlijker worden. Dit speelt mensensmokkelaars in de hand en verhoogt ook het risico voor migranten op mensonwaardige omstandigheden gedurende hun reis, met alle gevolgen van dien. Omdat de migratieroutes vaak gemixt zijn, zowel vluchtelingen als irreguliere migranten nemen dezelfde routes, maakt het de vlucht van vluchtelingen ook nog gevaarlijker.
Asielopvang in Rwanda?
Om Nederland nog minder aantrekkelijk te maken, kwam JA21 afgelopen dinsdag met het idee – zoals in het Verenigd Koninkrijk en in Denemarken ook al is voorgesteld – om asielopvang dan maar te regelen in partnerlanden buiten de EU, bijvoorbeeld Rwanda. Vanuit de andere twee landen is tot op de dag van vandaag nog geen asielzoeker naar Rwanda gestuurd, omdat het Europees Hof van de Rechten van de Mens op de rem trapte en oordeelde dat er een “reëel risico op onherstelbaar leed” bestaat. Een onzalig plan dus, ook omdat Rwanda omstreden is door mensenrechtenschendingen.
Wat moeten we doen?
Tegelijkertijd is doorgaan op de huidige toer geen optie. De opvang van asielzoekers in Nederland is ver onder de maat en vooral migranten uit Afrika lopen grote risico’s tijdens hun tocht naar Europa, met vele doden tot gevolg.
Al jaren belooft Europa om meer in te zetten op legale mogelijkheden voor migratie. Migratie is voor veel Afrikaanse landen van groot belang: de betalingen die migranten doen aan hun thuisland zijn een substantieel deel van het nationaal inkomen. Ook kan circulaire migratie, waarbij migranten tijdelijk in Europa werken, bijdragen aan groei in hun thuislanden doordat ze nieuwe skills mee terugnemen.
Dit, samen met het belang van het redden van mensenlevens, moet centraal staan in de Nederlandse en Europese aanpak van irreguliere migratie. Dit soort afspraken maak je op basis van gelijkwaardigheid. Daarom onze oproep aan het Nederlandse kabinet: neem de relatie met Afrika serieus, praat met het maatschappelijk middenveld in Afrikaanse landen en kom met maatregelen die werken en bijdragen aan menswaardige gereguleerde migratie. Dat is pas een win-win situatie. In plaats van muren bouwen, moeten we partnerschappen aangaan.