De geluiden over zogenaamde ‘pushbacks’ aan de buitengrenzen van Europa worden steeds harder. Er zijn ondertussen talloze verhalen over vluchtelingen die met harde hand worden tegengehouden, en zelfs teruggestuurd, nadat ze al voet hebben gezet op Europees grondgebied. In een tijd waarin de EU uitspreekt zich grote zorgen te maken over de vele vluchtelingen die via Belarus de EU proberen te bereiken, is het des te belangrijker om ons bewust te zijn dat ook deze vluchtelingen recht hebben op een eerlijke asielprocedure in Europa. Hen met illegale methoden terugdringen zou dus uit den boze moeten zijn.
Helaas worden pushbacks al jaren uitgevoerd, zie bijvoorbeeld de zaak die is aangespannen door Nederlandse advocaten bij het Europees Gerechtshof over het terugsturen van een Syrische familie in Griekenland in 2016. Sinds het begin van de coronapandemie lijken pushbacks echter in grote getale te zijn toegenomen. De pandemie, met als gevolg gesloten grenzen, wordt gebruikt als excuus om vluchtelingen hun kans op een eerlijke asielprocedure te ontnemen, terwijl zij hier recht op hebben onder zowel Europees als internationaal recht. Omdat vluchtelingen vaak geen visum kunnen krijgen of überhaupt kunnen aanvragen, is in zowel het Vluchtelingverdrag als EU-wetgeving vastgelegd dat ieder land verplicht is om iedereen die asiel aanvraagt toegang te verlenen totdat de procedure is afgerond. Het terugsturen van vluchtelingen nadat ze al voet hebben gezet op Europees grondgebied, is een grove schending van deze verdragen en wetgeving. Dit moet zo snel mogelijk stoppen!
Dubieuze rol van EU
Heel lang was er geen visueel bewijs van deze praktijken, en kon de Europese Unie ervoor kiezen haar ogen te sluiten voor dit onrecht, omdat duizenden getuigenverklaringen niet als onomstotelijk bewijs werden gezien. Daar is eerder deze maand echter verandering in gekomen, nadat maandenlang onderzoek van meerdere onderzoeksjournalistieke organisaties videobewijs toont van de gewelddadige pushback van vluchtelingen en migranten door Kroatische politie-eenheden. Hoewel er geen bewijs is dat Frontex, het Europees Grens- en kustwachtagentschap dat in 2004 werd opgericht “om de buitengrenzen van de ruimte van vrij verkeer van de EU te beschermen,” pushbacks actief bevordert, kan het door de grote omvang van deze praktijken niet anders dan dat Frontex er weet van heeft, en wegkijkt. Frontex moet zich aan zijn eigen mandaat houden, waar het toezien op het naleven van mensenrechten ook onder valt.
Deze pushbacks zijn het resultaat van een Europa dat streng migratiebeleid wil voeren, maar hiervoor zelf geen verantwoordelijkheid wil nemen. Het is het resultaat van overvolle vluchtelingenkampen in Griekenland, die collectief werden veroordeeld, maar waarvoor door de EU geen concrete oplossingen werden geboden. En hoewel de EU zegt pushbacks te veroordelen, geven lokale bestuurders ter plaatse aan slechts te doen wat Europa zou willen.
Afgelopen donderdag stemde het Europees Parlement voor de tweede keer over het goedkeuren van de begroting van Frontex. Deze stemming was een kans voor de EU om te zeggen: Tot hier en niet verder; ons migratie- en asielbeleid moet zich houden aan alle internationale en Europese wetten. Dit is deels gebeurd: Het Europees Parlement heeft ermee ingestemd de boeken van 2019 te sluiten, maar wil dat een deel van het budget voor 2022 wordt bevroren totdat Frontex stappen heeft gezet in het beter monitoren van mensenrechtenschendingen tijdens het beschermen van de grenzen.
Dit is een goede eerste stap, maar het is van essentieel belang dat de EU zich realiseert dat hier het respecteren van mensenlevens op het spel staat. Vluchtelingen hebben recht op een eerlijke asielprocedure, en de EU is verplicht hen dit te geven. Daarom moet de EU ervoor zorgen dat zij het niet respecteren van deze procedures niet alleen met woorden, maar ook met daden veroordeelt. Alleen zo blijft de EU geloofwaardig als een actor die op het internationale toneel het respecteren van mensenrechten predikt.