Rosa van Driel heeft besloten na 4,5 jaar de FMS te verruilen voor CARE Nederland, om zich als klimaatlobbyist in te gaan zetten voor een rechtvaardig internationaal klimaatbeleid. Dit konden we natuurlijk niet zomaar aan ons voorbij laten gaan, en daarom hielden we het volgende afscheidsinterview met haar:
Hoe ben je ooit bij de FMS terecht gekomen?
Ik ben in 2017 bij de FMS terecht gekomen. Ik studeerde toen in Glasgow. Ik deed daar een Master en wilde eigenlijk nog stage lopen, en kwam via OneWorld FMS tegen. Ik kende FMS niet, maar zag de stage gericht op beleidscoherentie en de politieke lobby, en heb daar op gesolliciteerd. Ik was er zelfs zo enthousiast over, dat ik toen – een tikkie fout – het vliegtuig van Glasgow naar Nederland heb gepakt, om dat gesprek te kunnen doen. Misschien hielp dat, want zo ben ik aangenomen! Mijn stagebegeleider verliet de FMS halverwege mijn stage, en toen kon ik wat werkzaamheden overnemen, wat uiteindelijk resulteerde in een vast contract.
Omschrijf de FMS in drie woorden
Warm, rechtvaardig en constructief-activistisch. Warm, omdat dat het gevoel is wat ik krijg als ik aan de FMS als organisatie denk: zowel de FMS zelf, als het netwerk eromheen, zoals alle maatschappelijke organisaties, maar ook alle trainers die aan de FMS verbonden zijn. Rechtvaardig, omdat iedereen binnen de FMS op zoek is naar hoe we de wereld iets rechtvaardiger kunnen maken voor ons allemaal. En constructief-activistisch, omdat we allemaal houden van activisme, maar wel op een constructieve manier, dat zie je ook aan onze samenwerkingsverbanden.
Welke verwachtingen had je van werken bij de FMS, en zijn die uitgekomen?
Ik verwachtte vooral dat het inhoudelijk heel uitdagend zou zijn, en ik wilde via de FMS leren hoe het was om in een professionele organisatie te werken, en alle werkzaamheden die daarbij horen. En ik wilde graag mijn studies, een Bachelor Politicologie en een master Human Rights and International Politics, combineren in de praktijk. Dan kom je al snel bij een lobby-plek in de ngo-sector uit, en er waren eigenlijk niet zoveel stageplekken die dat soort functies aanboden. Mijn verwachtingen zijn zeker uitgekomen, daarom ben ik ook van stagiair medewerker geworden. Het ‘leren werken’ vond ik superleuk, maar ook het hele politieke aspect kon ik heel erg waarderen.
Welke aspecten van het werk bij FMS hebben je het meest verbaasd?
Het is misschien niet per se verrassend of verbazend, maar ik kon het heel erg waarderen om onderdeel te zijn van het PvdA partijbureau, maar daar wel een eigen stem en een ‘luis in de pels’ functie te hebben, dat vond ik erg interessant. Je kunt zowel invloed uitoefenen, bijv. tijdens het schrijven van verkiezingsprogramma’s, als zien hoe het er binnen het partijbureau aan toegaat. Van tevoren was ik ook geen PvdA-lid, dus het heeft me misschien ergens wel verbaasd dat ik me zo verbonden ben gaan voelen met de PvdA. Ik geloof ook heel erg in internationale solidariteit als belangrijke kernwaarde van de sociaaldemocratie. Dat zal ik voortaan altijd meenemen in mijn carrière pad. De traagheid van het internationale netwerk heeft me ook verbaasd, vooral de bureaucratie die daarbij komt kijken en de verschillende belangen waarmee rekening moet worden gehouden. Dus dat zijn wel dingen waarvan ik denk: Wat zou het lekker zijn om in een commercieel bedrijf te werken, haha. En ook alle mensen die ik via ons grote netwerk heb leren kennen hebben me vaak verrast en geïnspireerd. Alle trainers, alle mensen met wie we samenwerken voor de Afrikadag, alle ngo’s en alle politici.
Wat ga je het meest missen aan de FMS?
Ik ga het hele diverse netwerk van de FMS missen, straks ben ik onderdeel van een internationale confederatie, maar richt ik me daarbinnen op een specifieker thema. De FMS heeft een heel breed netwerk, van een internationaal netwerk, tot trainers, tot alle vrijwilligers voor de Afrikadag, tot ngo’s en politici. Dat brede netwerk was heel leerzaam.
Wat is de leukste reis die je hebt gemaakt voor de FMS?
De leukste training was de laatste training voor Corona. Dat was een gendertraining, die ik samen met Thijs ’t Hart deed. Het ging over hoe je gendergelijkheid in je organisatie meeneemt. De combinatie tussen Thijs, iemand met heel veel politieke ervaring en kennis, en ik, een jonge vrouw, werkte heel goed om te laten zien hoe belangrijk het is om jonge vrouwen juist goed mee te nemen in organisaties. Door deze combinatie kwam de training heel geloofwaardig over. En de plek, Rabat, was natuurlijk ook heel leuk en mooi.
Wat vond je het leukst aan werken bij de FMS en wat vond je minder leuk?
Het leukste was dus de supergrote diversiteit in werkzaamheden, van het organiseren van de Afrikadag tot het doen van onderzoeken en de politieke lobby. Tegelijkertijd miste ik het ook om me op één onderwerp te kunnen storten; het gebrek aan tijd om me echt te verdiepen in één onderwerp. Bij de FMS heb ik me heel goed kunnen oriënteren op verschillende onderwerpen, waardoor ik me juist nu in mijn nieuwe baan kan gaan focussen op één van de leukere dingen.
Wat is hetgeen dat je hebt gedaan in je tijd bij FMS waar je het meest trots op bent?
Ik denk dat ik het meest trots ben op 2 dingen. 1) Ik heb twee keer de Afrikadag mogen organiseren. De eerste keer was succesvol, maar de tweede keer moesten we de Afrikadag twee weken van tevoren afgelasten door Corona. Ik ben heel trots op mezelf en het team hoe flexibel en veerkrachtig we daarmee omgingen. 2) Ik heb het afgelopen jaar natuurlijk veel werk gedaan voor Building Change (Een samenwerkingsverband tussen FMS, Partos en Woord & Daad) rondom beleidscoherentie en de SDG’s in Nederland. Vanaf het begin ben ik bezig geweest met invoering van de SDG-toets, dat Nederlands beleid gecheckt zou moeten worden op het bereiken van de SDG’s, zowel in Nederland als in andere landen. Ik ben heel trots op het feit dat Building Change zo’n mooi instrument, wat potentieel veel invloed zou kunnen hebben, politiek relevant heeft weten te maken.
Wat zijn de belangrijkste lessen die je hebt geleerd werkend binnen dit vakgebied?
Het belangrijkste dat ik heb geleerd is dat verandering echt superlang duurt. En dat politiek onwijs traag is, ondanks dat politici heel snel gaan en het altijd heel druk hebben. Maar er iets politiek effectief doorheen krijgen, dat vergt een hele lange adem. Ik kan me voorstellen dat mensen daar heel moedeloos van worden, maar ik denk dat ik de kleine successen goed weet te vieren. Bijvoorbeeld de invoering van zo’n SDG-toets, maar ook als er voor ons relevante moties worden ingediend en/of aangenomen. Ik kreeg heel veel energie van die kleine overwinningen. Dus houd die lange adem vast, en uiteindelijk merk je verschil.
Wat ga je nu precies doen?
Ik ga werken als lobbyist op het thema klimaatadaptatie bij CARE Nederland, een hulporganisatie die zich met projecten inzet voor het weerbaar maken van kwetsbare landen tegen de gevolgen van klimaatverandering. Daar is op dit moment best veel momentum voor en Nederland is ook best een koploper op dat gebied. Tegelijkertijd voldoet Nederland niet eens aan de afspraken die er internationaal zijn gemaakt op het gebied van klimaatsteun aan ontwikkelingslanden. Ik wil me ervoor in gaan zetten om dat te veranderen.
Wat hoop je te bereiken als klimaatlobbyist van CARE?
Dat Nederland zich aan haar toezeggingen houdt en aan haar fair share voldoet om bij te dragen aan internationale klimaatsteun, en dat dit ook gericht is op de landen die dit het hardst nodig hebben, en ook op de mensen binnen die landen die dit het hardst nodig hebben. En ik vind het belangrijk dat dit niet alleen door grote internationale organisaties wordt gedaan, maar juist in samenwerking met lokale partners.
Welke ervaringen en kennis neem je vanuit FMS mee richting je nieuwe baan?
We hebben als FMS natuurlijk ook een onderzoek gedaan: Climate Justice: African Perspectives & EU Policies, dat zich ook richt op dit soort thema’s, dus dat is de inhoudelijke bagage die ik mee kan nemen. En door het werk bij Building Change ken ik al heel veel organisaties die op dit thema bezig zijn. Bovendien heb ik natuurlijk een politiek netwerk, dus mijn lobby-ervaring richting Tweede Kamerleden zal goed van pas komen in mijn nieuwe baan.
We zullen Rosa heel erg gaan missen bij de FMS, maar wensen haar veel succes in haar nieuwe baan. We gaan elkaar zeker nog zien, daar waar het werk van FMS en CARE overlappen.
Interview door Dorine klein Gunnewiek