Zoek op
Sluit dit zoekvak.

De SDG’s en het tegengaan van klimaatverandering, onterecht gescheiden

In de behandeling van de begroting Economische Zaken en Klimaat werd vorige week uitgebreid gesproken over de klimaatmaatregelen van Minister Wiebes. Opvallend is dat tijdens dit debat de in 2015 aangenomen Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) van de VN niet zijn genoemd. Deze 17 doelen, met een focus op economische, sociale én ecologische ontwikkelingsthema’s, moeten in 2030 zijn bereikt.

Toch is het buiten beschouwing blijven van de SDG’s binnen de klimaatmaatregelen niet geheel opvallend, want Nederland lijkt de ambities om klimaatverandering tegen te gaan volledig los te zien van de in de SDG-agenda gestelde ontwikkelingsdoelen. Dit is jammer, want het tegengaan van klimaatverandering is een belangrijk onderdeel van deze agenda. Zo is er een doel specifiek gericht op het tegengaan van klimaatverandering (SDG 13) en is het tegengaan van klimaatverandering van belang voor de gehele SDG-agenda. De grote maatschappelijke en economische gevolgen die klimaatverandering met zich meebrengt hebben een remmende werking op al die andere doelen. We moeten dus stoppen met klimaatmaatregelen en SDG’s los van elkaar te zien én te rapporteren. 

Klimaatverandering onlosmakelijk verbonden met SDG’s

Volgens het net uitgebrachte 2019 Europe Sustainable Development Report ligt, hoewel Europa wereldwijd koploper is, geen enkel Europees land op schema om de doelstellingen voor 2030 te halen. Als we de toenemende negatieve effecten van klimaatverandering in de komende jaren hierbij optellen lijkt het bereiken van de doelen ook in de toekomst niet binnen handbereik. Het rapport stelt dat internationale en nationale klimaatacties in lijn met het VN-klimaatakkoord van Parijs, ook ondertekend in 2015, nauw verbonden zijn met de SDG’s en deze twee agenda’s daarom ook veel meer moeten worden gezien als één pakket. Hierbij zijn de SDG’s gericht op 2030 en het Parijs-akkoord gericht op klimaatneutraliteit tegen 2050, met grote vooruitgang tegen 2030.

 De SDG’s en het Parijs-akkoord zijn, in tegenstelling tot de doelen nagestreefd door de meeste beleidsmakers, gericht op de lange termijn transformaties. Om dit in gang te zetten is daarom een coherent en veelzijdig beleid van groot belang. Helaas is er van deze samenhang in de meeste Europese landen, waaronder Nederland, nog geen sprake. 

 Via het klimaatakkoord worden, onder leiding van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, in alle sectoren van de Nederlandse economie maatregelen genomen om de in het Parijs-akkoord gestelde C02-reductiedoelstellingen te halen. Binnen deze maatregelen is nauwelijks aandacht voor onze internationale voetafdruk: wat zijn de internationale klimaatgevolgen van ons beleid? En hoe zit het met de gevolgen van ons klimaatbeleid op ontwikkeling en het bereiken van de SDG’s elders? Met het gebrek aan focus op dit soort urgente vragen zijn ontwikkelingslanden het kind van de rekening als het gaat om klimaatverandering. Veel van deze landen liggen geografisch gezien ongunstig (dichtbij de evenaar of nabij zee) en hebben onvoldoende veerkracht en macht om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen.

De Nederlandse klimaatmaatregelen zijn voornamelijk gericht op het hier en nu en hoe we op eigen bodem een energietransitie en gedragsverandering kunnen bewerkstelligen. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken werkt via ontwikkelingssamenwerking actief op het gebied van klimaatmitigatie en adaptie en heeft een coördinerende rol op de implementatie van de SDG’s. Echter is er nauwelijks samenwerking hierin met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Beide departementen handelen onafhankelijk van elkaar waardoor échte duurzame ontwikkeling het onderspit delft.

Climate Justice

Klimaatverandering kan niet op een rechtvaardige manier worden tegengegaan als er niet op een coherente manier rekening wordt gehouden met Climate Justice binnen de genomen maatregelen. Dit verbindt de klimaatdiscussie met mensenrechten en ontwikkelingsvraagstukken en zorgt ervoor dat iedereen meegenomen wordt in klimaatactie. Alleen op deze manier kan klimaatactie bijdragen aan het behalen van de SDG’s. Het komende jaar doet de FMS daarom, in samenwerking met de Foundation for European Progressive Studies, onderzoek naar dit onderwerp. Hierbij proberen we de stem van diegenen die de meeste gevolgen van klimaatverandering ondervinden een plek te geven in het Europese debat over dit onderwerp. Hoe vinden zij dat Europees en Nederlands beleid op klimaat zo kan worden vormgegeven dat het bijdraagt aan duurzame ontwikkeling op sociaal, economisch én ecologisch gebied wereldwijd? Hierover snel meer!